Leve de Parijse stijl!
Mijn vriendin en ik zijn in Parijs. We zitten in café De Flore, het café van Jean Paul Sartre. Mannen en vrouwen zijn met elkaar aan het discussiëren, soms met een boek in de hand. Ik heb mijn gekleurde jurk aan. Vooral opvallend hier: hoe de Parijzenaars gekleed gaan. En niet alleen in café De Flore.
Een oude vrouw van een jaar of tachtig heeft een glinsterende speld in haar haar en een mooie, zwarte jas met daaronder een donkerrode jurk. Ze loopt op hakken. Haar man, naar schatting nog iets ouder, draagt Italiaanse schoenen en een op maat gesneden overjas. Dat hij ouder is en een beetje bochtig maakt niet uit. Hij loopt fier. Iedereen heeft nagedacht over zijn kleding in Parijs, van jong tot oud. Het is een schril contrast met Nederland.
Hier lijkt iedereen maar wat aan te trekken. Als het een beetje leuk bij elkaar kleurt, heb je meer dan genoeg gedaan. Krijgt de Nederlander een compliment over zijn kleding, dan roept hij er bij voorkeur meteen het prijsmazzeltje achteraan: “Was maar 20 euro bij de Hennes!” Gênant, bijna. In Parijs noem je de prijs niet, dat is niet aan de orde. Je hebt namelijk nagedacht over welke kleding bij je karakter past, wat jouw stijl is en wat niet. De prijs is ondergeschikt. Desnoods spaar je voor die grijze loden jas, omdat je die nou eenmaal mooi vindt.
Terug in De Flore. Ik zie nu een alternatievige jongen van naar schatting een jaar of twintig zitten, in een groepje lachende vrienden, studenten waarschijnlijk. Allemaal goed gekleed. De jongen heeft een hoed en een zwarte wijde jas waar Le Monde uitsteekt. Lang haar. Ja, ook hij weet wat hij aantrekt, al heeft hij schijt aan de regels. Nederlandse alternatieven zien er bijna verwaarloosd uit. Het kan ze immers toch niet schelen. Fuck de fashion, man. Soms ruiken ze een beetje muf. Deze Franse alto wil in zijn kleding laten zien dat hij vrij is en zijn eigen koers vaart, los van modieuze conventies.
Dat is wat we kunnen leren van de Fransen: ze zijn zelfbewust. Dat zie je terug in hun stijl. Ze maken zich er niet met een Jantje van Leiden van af. In hun kleding geven ze acte de présence. Als je naar buiten gaat, kom je tevoorschijn. Zorg dan in ieder geval dat je dat goed doet. Ik ben het roerend met de Fransen eens.
fotografie: Wieke de Vries
info: jurk, Ana Alcazar, laarzen, Fred de la Bretonière, tas, By-Bar Amsterdam
