De skinny jeans ofwel de wortelbroek. Verguisd heb ik hem. ‘Ik sta open voor alle broeken,’ verkondigde ik jarenlang, ‘behalve voor de skinny. Nooit zal iemand de wortelbroek om mijn benen zien, nooit.’ ‘Hm hm, ‘ deden mijn vrienden. Toen namen ze me ook al niet serieus. Terecht, bleek later.
Die gruwelijke skinny, die strak om je kont zit en daarna als een soort vel om je benen. Vanaf je taille tot de grond zie je eruit als een blauwe winterpeen. Daaronder droeg je pumps die er als een soort loof van de wortel onderuit staken. Het waren de studentes Frans die vroega de wortelbroek droegen. Nufjes, die er liefelijk en vriendelijk uitzagen, maar eigenlijk überbitches waren die iedereen gebruikten. Blanke bolsters met een ruwe pit, zogezegd. Ze droegen veelal een wit bloesje op hun wortelbroek.
Ook zag ik wel eens tokkies in wortelbroeken, met Van Harenpumps in nepleer, bleached washed. Een strak truitje waarbij je achter een stukje van de string uit de broek zag piepen (gekocht bij postorderbedrijf Pabo) en daarboven een vetrol. Die vetrol wilde nog niet zeggen dat de tokkie per se dik was, iedereen heeft een vetrol in de skinnyheupbroek . ‘Nee,’ riep ik daarom al die jaren tegen de wortelbroek, ‘Nee, nee en nog eens nee!’ Ik dacht dat ik dat makkelijk kon roepen, want over een jaar droeg geen hond de wortelbroek meer.
Niets bleek minder waar. De wortelbroek is gebleven. Veranderd is hij wel. Ik praat hierboven over de wortelbroek uit mijn studietijd (twintig jaar geleden), maar ik herinner me dat hij in de jaren ’80 nog erger was. Je moest die broek om je benen en billen wurmen en er daarna mee in bad, zodat hij naar je lichaam ging staan. Hardrockers droegen hem, je zag het hele zaakje zitten. Ik weet nog dat ik me als puber afvroeg of dat zaakje zich nog wel op zou kunnen richten in zo’n megastrakke broek, en zoja, of iedereen dat dan zag. Dat vraag ik me eigenlijk nog steeds af, nu ik dit stukje zit te tikken. Misschien is dat de reden dat niemand meer zo’n wortelbroek uit de jaren ’80 draagt, op een enkele old-schoolhomo na.
De wortelbroek van nu is niet meer zo laag als in de jaren 2000 nul. Hij hangt niet meer halverwege je bil. De gulp is naar een meer praktische plaats geschoven, ergens op je buik, net iets onder je navel. Je hoeft geen extra lange armen te hebben om je gulp open en dicht te kunnen doen. Met de evolutie van de wortelbroek is ook mijn mening opgeschoven. Zoals mijn mening overigens op bijna alle fronten van het leven met de jaren is opgeschoven, maar dat terzijde.
Laarzen eronder, of een ferme paal – die wortelbroek is bij nader inzien toch zo gek nog niet. En je weet: hij verandert misschien een beetje, maar hij is tamelijk tijdloos. De skinnybroek zal de komende twintig jaar vast nog wel blijven. De vraag is – loop ik er over twintig jaar nog in, als ik één en zestig ben? En wie zal er dan ingrijpen?
Info: broek, Tommy Hilfiger, T-shirt, G-star, lingerie: Aubade, laarzen: Alberto Gozzi
Tips:
Fotografie: Cornell Strack |
1. Vuistregel: Draag op een strakke broek iets wijds en op een wijde broek iets straks. De regel is strenger voor een flarebroek (de wijdepijpenbroek ofwel ‘piedewiep’, hierover in een volgende blog meer) dan voor een wortelbroek. Iets wijds op een flare kan dik maken, terwijl dat voor een skinnybroek niet geldt. Draag je iets straks op een wortelbroek, dan kun je hooguit het spidermaneffect krijgen. Eigenlijk heb je dus meer combinatiemogelijkheden met een wortelbroek dan met een piedewiepenbroek
2. Schaam je je voor je billen? Trek dan geen wortelbroek aan. Of een lang shirt erover, maar dat oogt toch wel een beetje provinciaal.